Zuid-Limburg

Streek
Zuid-Limburg
Limburg

Op ontdekkingstocht door Zuid Limburg voorkant omslag.jpg

Plaatsengids.nl is de opvolger van o.a. de reisgids en het naslagwerk 'Op ontdekkingstocht door Zuid-Limburg' (2003). Dit standaardwerk is alleen nog antiquarisch verkrijgbaar. Zie verder bij Literatuur.

Plaatsengids.nl is de opvolger van o.a. de reisgids en het naslagwerk 'Op ontdekkingstocht door Zuid-Limburg' (2003). Dit standaardwerk is alleen nog antiquarisch verkrijgbaar. Zie verder bij Literatuur.

zuid-limburg_collage.jpg

Zuid-Limburg, collage (© Jan Dijkstra, Houten)

Zuid-Limburg, collage (© Jan Dijkstra, Houten)

Bochholtz.JPG

Bocholtz in de gemeente Simpelveld

Bocholtz in de gemeente Simpelveld

Bommerich.JPG

Buurtschap Bommerich, mooi gelegen in het Limburgse Heuvelland

Buurtschap Bommerich, mooi gelegen in het Limburgse Heuvelland

Epen.JPG

Epen, in de gemeente Gulpen-Wittem

Epen, in de gemeente Gulpen-Wittem

Mamelis.JPG

Mamelis, een prachtige buurtschap vlakbij Vaals

Mamelis, een prachtige buurtschap vlakbij Vaals

Mechelen.JPG

Middenin Mechelen, gem. Gulpen-Wittem

Middenin Mechelen, gem. Gulpen-Wittem

Schweiberg.JPG

In de hooggelegen buurtschap Schweiberg, niet ver van Epen

In de hooggelegen buurtschap Schweiberg, niet ver van Epen

Terhorst.JPG

Buurtschap Terhorst in Zuid-Limburg, in de gem. Eijsden-Margraten

Buurtschap Terhorst in Zuid-Limburg, in de gem. Eijsden-Margraten

Zuid-Limburg

Terug naar boven

Status en ligging

- Zuid-Limburg is een streek in de provincie Limburg. Deze streek begint waar de provincie Limburg op zijn smalst is, ter hoogte van Susteren. Sinds de fusie in 2002 van de gemeente Susteren met de Midden-Limburgse gemeente Echt tot de nieuwe gemeente Echt-Susteren, wordt die gemeente tot Midden-Limburg gerekend, omdat het in het kader van allerlei samenwerkingsverbanden het meest praktisch is om een gemeente onder één regio te laten vallen. Maar geografisch gezien behoort Susteren vanouds tot 'Zuid' en Echt e.o. tot 'Midden'.

- De regio Zuid-Limburg omvat de gemeenten Beek, Beekdaelen, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal. Dat zijn sinds de grootschalige gemeentelijke herindelingen van 1982 plus Gulpen-Wittem per 1999, Sittard-Geleen per 2001, Eijsden-Margraten per 2011 en Beekdaelen per 2019 dus nog 16 gemeenten.

Terug naar boven

Geschiedenis

- ‘Via Belgica’ is de naam van een 400 km lange Romeinse hoofdweg, die in de Romeinse tijd de Franse zeekust met het Duitse Rijnland verbond. De weg liep - ten opzichte van de huidige landsgrenzen - dwars door Zuid-Limburg. De Via Belgica kwam bij Maastricht de grens over en vervolgde haar weg langs Meerssen, Valkenburg en Voerendaal naar Heerlen en tenslotte Landgraaf. Bij Rimburg stak de Via Belgica de grens met Duitsland over. De weg was een belangrijk onderdeel van een groot en complex netwerk van wegen, dat zich uitstrekte tot de verste uithoeken van het Romeinse Rijk. De Via Belgica speelde in Noordwest-Europa een hoofdrol rol bij de lokale en interregionale economische ontwikkeling, de strategische militaire verdediging en het bestuur van de nieuwe provincies. Inmiddels ligt de Via Belgica al vele eeuwen meters diep onder de grond, maar dat gaat veranderen!

De Provincie Limburg en de gemeenten die langs de weg liggen: Maastricht, Meerssen, Valkenburg aan de Geul, Voerendaal, Heerlen, Landgraaf, Simpelveld en Kerkrade, hebben namelijk het ambitieuze plan opgevat om de Via Belgica weer zichtbaar en beleefbaar te maken. Dat willen ze realiseren door de Via Belgica bij allerlei toekomstige ontwikkelingen als inspiratiebron te gebruiken, bijvoorbeeld op het gebied van erfgoededucatie, toerisme, ruimtelijke ordening en/of landschapsontwikkeling.

- "De regio is verder rijk aan Romeins erfgoed in bredere zin, en daar mogen we best trots op zijn! De missie van Facebookpagina en website Romeins Zuid-Limburg is om dat erfgoed meer in het daglicht te zetten door alles wat de regio te bieden heeft op dit vlak, te bundelen en onder één noemer uit te dragen. Op de Facebookpagina en website vind je informatie over dat erfgoed, het recente onderzoek ernaar, en waar je er nog wat van kunt zien in musea of het landschap. Verder houden we je op de hoogte van lezingen en publicaties over Romeins Zuid-Limburg en ook events en festivals ontbreken niet. Hou dus de agenda in de gaten! Actiever ingesteld? Dan kom je hier te weten welke wandelingen of fietstochten met een Romeinse insteek er zoal zijn. Liever op de bourgondische tour? Ook dan kun je hier terecht, want er zijn tal van ondernemers in de regio waar je van een Romeins hapje en drankje kunt genieten."

- Gedurende een groot deel van de 20e eeuw is de mijnbouw van grote invloed geweest in deze streek. - Site over de geschiedenis van de mijnbouw in Zuid-Limburg. - Op de website Onze Mijnwerkers vind je 55 interviews met oud-mijnwerkers over hoe het er destijds in de mijnen aan toeging. - Mijnmuseum De Beukel is in principe alleen virtueel, maar is op aanvraag ook in Meerssen te bezoeken. - 2015 was het Jaar van de Mijnen. Onder de link kun je terugkijken wat er in dat kader allemaal georganiseerd is. - Literatuur over de mijnbouw in Zuid-Limburg.

- De Tweede Wereldoorlog in Zuid-Limburg.

- Site over de bevrijding van Zuid-Limburg (sept. 1944) met beschrijving per plaats, door Arno Lasoe uit Heerlen.

Terug naar boven

Recente ontwikkelingen

- Zuid-Limburg en de Euregio als de poort naar een grensoverschrijdende wereldeconomie? De kansen liggen er, zo vertelden de burgemeesters van Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen in mei 2018 aan minister Ollongren (Binnenlandse Zaken) en staatssecretaris Knops, tijdens een bezoek aan Den Haag.

- Het gaat Zuid-Limburg economisch gezien voor de wind. De economische voorspoed is de optelsom van de economische groei, het succes van VDL Nedcar en de Brightlands campussen, in combinatie met vruchtbare samenwerking in de triple helix. De economische samenwerking gaat nu een nieuwe fase in. In het in maart 2018 verschenen - via de link ook online te lezen - strategisch actieplan 'Randstad Zuid-Limburg' beschrijft prof. dr. Luc Soete de gezamenlijke opgave voor de regio, met als belangrijkste aandachtspunten: grensoverschrijdende samenwerking, meer saamhorigheid én behoud van het unieke Zuid-Limburgse landschap. Soete: "De gezamenlijke opgave laat zich samenvatten in 8 strategische 'tandwielen' van economische regionale dynamiek in een grensregio. Om ervoor te zorgen dat deze tandwielen elkaar versterken in plaats van tegenwerken, is het uitermate belangrijk dat deze thema's in samenhang worden opgepakt."

- Zuid-Limburg is een van de regio's in Nederland die te maken heeft met krimp (bevolkingsdaling), gecombineerd met de gelijktijdig optredende fenomenen vergrijzing (meer ouderen die bovendien steeds ouder worden) en ontgroening (minder jongeren). Dit alles heeft gevolgen op allerlei gebieden, bijvoorbeeld economie, wonen, zorg en onderwijs. Natuurlijk is in de regio al beleid in gang gezet om hier op in te spelen. Zie verder het artikel over het convenant tegen krimp en ontgroening Zuid-Limburg (2012) en het artikel over werkgelegenheid en krimp in Zuid-Limburg 2003-2016 (CBS).

Terug naar boven

Bezienswaardigheden

- Veldkruus.nl is dé site over veldkruisen, wegkruisen, kapellen en beelden in Zuid-Limburg. Ook hebben ze wandelingen - zogeheten kruistochten - uitgezet. Veldkruus.nl wil deze objecten op deze manier niet alleen letterlijk en figuurlijk op de kaart zetten, ook de verhalen er achter willen zij graag weten. Aanvullende informatie daarover is daarom altijd welkom.

Terug naar boven

Jaarlijkse evenementen

- De Wandelronde van Zuid-Limburg (weekend in mei, in 2018 voor de 75e keer) voert je vanuit Heerlen door de mooiste natuurgebieden van deze streek. Op deze dagen kom je over vele leuke paadjes en op pittoreske plekjes, door diepe dalen, langs slingerende riviertjes, door weilanden met de karakteristieke draaipoortjes en over uitzichtrijke heuvels. Het overgrote deel van de routes gaat over onverharde en zo veel mogelijk autovrije wegen. In principe is het 3 dagen (met een totale afstand van 100 km), maar je mag ook 2 dagen meedoen, mits aansluitend, dan is de afstand 70 km in totaal. Ook mogelijk is een "halve Ronde" over 50 km in 3 dagen, resp. 35 km in 2 dagen. Op alle drie de dagen zijn er ook dagtochten mogelijk (zaterdag en maandag 15 en 30 km, zondag 20, 30 en 40 km).

- Zuid-Limburgse Fietsvierdaagse (begin augustus). Start en finish in Landgraaf. De routes zijn geheel uitgepijld en tevens ontvangt elke deelnemer een duidelijke routebeschrijving. Dagelijks kun je kiezen uit vier afstanden nl. 25, 40, 60 of 100 km, met de mogelijkheid om tijdens de tocht van afstand te wisselen. De routes hebben dagelijks een ander karakter, zo zul je kennismaken met vele facetten uit het Limburgse, Duitse en Belgische landschap.

- Al meer dan 40 jaar is er jaarlijks in een weekend in april in Zuid-Limburg de Amstel Gold Race. De race heeft een lengte van ca. 260 kilometer, voert door een groot deel van Zuid-Limburg en finisht sinds 2005 op de top van de Cauberg in Valkenburg. Op zaterdag is er de toerversie, waarbij u kunt kiezen uit de afstanden 60, 100, 125, 150, 200 en 240 km. Op zondag is er de wedstrijdversie. Sinds 2009 is er het museum Amstel Gold Race Xperience in Valkenburg. Als je jezelf wilt uitleven op het bedwingen van Nederlandse 'bergtoppen', heb je een goede gids aan De Nederlandse Toppen top-40 (middels de link online te bestellen), waarin je de steilste klimtrajecten op vaderlandse bodem beschreven vindt.

- Zuid-Limburg is een krimpregio. Maar dat betekent niet dat ze bij de pakken neerzitten. Integendeel! Ze zijn voortvarend aan de slag met alle uiteenlopende uitdagingen als gevolg van bevolkingsdaling. Dat doen ze door intensief samen te werken en gebruik te maken van onderzoek en experimenten om zo te komen tot vernieuwende en succesvolle aanpakken. Ideeën worden successen door te doen. Hoe ze dat de afgelopen jaren hebben gedaan, en hoe ze dat de komende jaren gaan doen, heeft Zuid-Limburg laten zien op het Festival van de Toekomst (weekend in september 2017). In dat weekend was er een veelzijdige waaier aan lezingen, workshops, debatten, voorstellingen, optredens, pitches en pilots. Transformatie, transitie en innovatie vormden de hoofdthema’s van de programmapunten. Dag 2 nam de deelnemers mee naar de projecten in uitvoering. Het liet zien hoe de diverse projecten eruit zien en wat ze zo bijzonder maakt. Met een duidelijke link naar de eerste dag waar de inhoud centraal stond. Vooraanstaande projecten zijn op locatie inhoudelijk toegelicht. 2017 was de 1e editie, maar we vermoeden dat dit wel een jaarlijks evenement gaat worden. Onder de link hiervoor en in de aftermovie Festival van de Toekomst kun je zien wat er allemaal te doen was.

Terug naar boven

Landschap, natuur en recreatie

- In 2017 en 2018 heeft VVV Zuid-Limburg onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om tot een nieuw Zuid-Limburgs wandelnetwerk te komen. Het 'Knopen Lopen'-netwerk gaat in de loop van 2019 het huidige ‘gekleurde paaltjes-systeem’ te vervangen. Het bestaande paaltjes-wandelnetwerk in Zuid-Limburg is in totaal 2.700 kilometer lang. Met het nieuwe knopen lopen verdwijnen vele dubbele trajecten, waardoor ca. 1.250 kilometer overblijft. Het netwerk wordt waarschijnlijk uitgebreid met nieuwe wandelroutes in de Grensmaasvallei, het Buitengoed Geul en Maas en in diverse dorpen, zodat het uiteindelijk om ca. 1.650 kilometer gaat. Directeur Anya Niewierra van de regionale VVV vindt het hoog tijd worden om het 'knopen lopen' hier in te voeren: "De gekleurde houten paaltjes zijn imagodragers van Zuid-Limburg, maar we moeten met de tijd meegaan. Het is daarom goed dat de provincie een bijdrage levert. Wandelaars zijn onze grootste groep gasten. Dat is de kurk waarop wij drijven.”

Het Knopen Lopen-wandelnetwerk zal alle wandelroutes van de regio met elkaar verbinden en aansluiten op routes in de rest van Limburg. De aanleg van het nieuwe wandelnetwerk past perfect in de doelstelling van regionale Zuid-Limburgse samenwerking. Het brengt in de toekomst - naast kwalitatieve zekerheid over veiligheid, kwaliteit en beleving van de wandelroutes - immers weer nieuwe economische kansen met zich mee. Het Knopen Lopen-systeem is ideaal om toeristische spreiding te creëren en zo de hele regio te ontsluiten voor wandelaars. Wethouder Jean-Paul Kompier (Vaals): “Wandelen staat op nummer 1 als dagactiviteit van de toerist in Zuid-Limburg. Wandelen is een duurzame vorm van toerisme die nu en in de toekomst zeer sterk verbonden is met de regio. Daarnaast worden de Zuid-Limburgse natuurgebieden ook nog eens voor een groot deel door de eigen inwoners bezocht. Een goed netwerk is dus essentieel.” De voordelen zijn groot. Zo kunnen er ook grensoverschrijdende connecties met de routestructuren naar Midden-Limburg, Aken en de Voerstreek worden gemaakt. Bovendien biedt het ondernemers de kans om eenvoudig arrangementen aan te bieden. (bron: ESZL, maart 2019)

- Natuurgebieden in Zuid-Limburg van Staatsbosbeheer.

- Natuurgebieden in Zuid-Limburg van Natuurmonumenten.

- Wie in Nederland met de fiets wil klimmen moet in Zuid-Limburg zijn. Hier liggen de beklimmingen die iedereen kent, natuurlijk mede dankzij de Amstel Gold Race. De Cauberg en Keutenberg zijn namen waarmee je kunt thuiskomen. Deze beklimmingen zijn lang en steil genoeg om de benen flink pijn te doen. Maar er zijn er nog veel meer. In deze regio liggen in een straal van 40 kilometer alle beklimmingen die er in Nederland toe doen. Onder de link vind je er een stuk of 100 waarop je je kunt uitleven. Wie sterke benen heeft kan hier dan ook een flinke dag doorhalen met een hoeveelheid hoogtemeters die aan de Alpen doen denken.

- Stichting Mountainbike Ontwikkeling Zuid-Limburg (MOZL) heeft in 2018 provinciale subsidie gekregen voor de aanleg van nieuwe en de aanpassing en verbetering van bestaande mountainbikeroutes. Met de bijdrage plus private sponsoring komen er de komende jaren ongeveer 115 kilometer vernieuwde mountainbikeroutes bij. Na de start van het project in 2016 is reeds 35 kilometer aan mountainbikeroutes aangelegd of vernieuwd. Voor de komende jaren staan onder andere de opwaardering van de routes in Meerssen, Eijsden-Margraten, Valkenburg, Vijlen, Parkstad en Windraak op het programma. In de plannen is ook ruimte voor schoonmaakacties in de bossen, een mountainbike-evenement, cursussen voor vrijwilligers en betere bewegwijzering.

- Stichting Pelgrimswegen & Voetpaden organiseert enkele keren per jaar een groepswandeling naar pelgrimsoorden en andere bijzondere plaatsen in en om Zuid-Limburg.

- Brochure Landschapsvisie Zuid-Limburg.

- Doel van het project Drielandenpark is het landelijk gebied rond de steden Maastricht, Hasselt, Heerlen, Aken en Luik te behouden, te ontwikkelen en duurzaam te beheren. Dit gebied vormt ‘het groene hart van de Euregio’ en kent een sterke afwisseling tussen de steden en het omliggende landelijk gebied, met een enorme rijkdom aan cultuurhistorische, landschappelijke en natuurlijke waarden.

- Grubben, graften en holle wegen zijn kenmerkende landschapselementen in een deel van Zuid-Limburg. Samen noemt men het ook wel een bocagelandschap. De aantrekkelijkheid van een bocagelandschap kan je het best vanaf een hoog punt in het landschap bekijken. De vlakverdeling van percelen landbouwgrond omzoomd met bermen, hagen en afgewisseld met stroken bos. De vallei met een slingerende beek erdoor, de hellingen met weidegrond en bosrand. Deze entourage is perfect voor heerlijke wandelingen. Gelukkig is het sinds enkele jaren een trend om de hoogstamboomgaarden weer terug te laten komen, poelen worden weer aangelegd en ook hagen worden weer aangeplant.

De 'holle weg' is als volgt ontstaan: De geulen die vanaf het plateau het water naar onderen afvoerden werden door de bevolking gebruikt als snelle verbindingswegen. Doordat met paard en wagen alles omgewoeld werd, had de natuur vrij spel om de weg uit te hollen. Zo werden sommige holle wegen meters diep uitgesleten. De begroeiing bestond uit grassen, kaphout en struikgewas. Het beheer was hetzelfde als bij de hellingbossen. Men liet hier en daar een boom staan, de overstaander. De rest werd gebruikt als geriefhout.

Een grub is ook een holle weg, maar dan ontstaan door uitschuring en terugtrekking van landijs. Graften ontstonden doordat de boeren stroken bos lieten staan, dwars op de helling waarboven de ontginning plaats vond. Aan de onderkant langs de graft werd de grond weggespoeld door uitholling. Aan de bovenkant werd daarentegen grond aangespoeld omdat de wortels de bodem vasthielden. Zo ontstonden trapvormige terrassen. Uitvoerige informatie over holle wegen, graften, grubben en de actuele stand van zaken hieromtrent, vind je op de site Holleweg.

- Boomgaarden met hoogstamfruitbomen bepalen al eeuwenlang het beeld van Zuid-Limburg. Tot in de jaren zestig gingen veel dorpen en buurtschappen nog schuil achter de vele kleinschalige huisboomgaarden met kersen, peren, pruimen en appelbomen. Door de schaalvergroting en de intensivering van het grondgebruik verdween de hoogstamboomgaard of maakte plaats voor laagstamplantages. In het kader van landschapsherstel en herinrichting zijn daarom diverse dorpen en buurtschappen in de gemeenten Nuth, Meerssen, Valkenburg, Beek en Voerendaal in de afgelopen jaren opgewaardeerd met nieuwe hoogstamboomgaarden.

In het Herinrichtingsgebied Centraal Plateau Limburg zijn in totaal ca. 100 nieuwe boomgaarden bijgeplant. Een nadrukkelijke kwaliteitsimpuls krijgt de buurtschap Grijzegrubben in de gemeente Nuth, die opnieuw is voorzien van de huisboomgaardjes en heggen, die de buurtschap van oudsher als een groene gordel omsluiten. Dat geldt ook voor de buurtschap Walem bij Schin op Geul. Ook de buurtschappen Raar en Waterval (gem. Meerssen) en Swier en Helle (gem. Nuth) zijn van nieuwe aanplant voorzien.

- Het Julianakanaal begint ten noorden van Maastricht bij de stuw van Borgharen, als aftakking van de Maas, en eindigt ongeveer 36 km verder bij Maasbracht, waar het water de Maas weer instroomt. Het kanaal volgt de loop van de Maas, die iets ten westen van het kanaal stroomt en daar de grens met België vormt (vandaar dat de Maas voor dat gedeelte ook de Grensmaas wordt genoemd). Ten oosten van het kanaal loopt de A2. De aanleg van het Julianakanaal is gestart in 1925 en kwam gereed in 1934.

Door de aanleg van het Julianakanaal is er tussen het kanaal en de W ervan stromende Maas, een langgerekt en smal 'eiland' ontstaan. Hierop liggen van zuid naar noord de dorpen en buurtschappen Borgharen, Itteren, Voulwames, Geulle aan de Maas, Meers, Kleine Meers, Veldschuur, Maasband, Berg aan de Maas, Nattenhoven, Obbicht, Grevenbicht, Papenhoven, Schipperskerk, Illikhoven, Vissersweert, Roosteren, Kokkelert, Oevereind, Aasterberg, Ohé, Laak, Stevensweert, Bilt, Eiland en Brandt. Binnenhavens zijn gelegen in Maastricht (Beatrixhaven), Stein en Buchten bij Born. Door de nabije ligging van de staatsmijnen was de haven van Stein vroeger van zeer groot belang. Het was op het Duitse Duisburg na de grootste binnenhaven van Europa. De komende jaren zal het Julianakanaal worden verbreed, om het weer aan de huidige eisen van de scheepvaart te laten voldoen.

- Na jaren voorbereiden en blootleggen is de Romeinse weg dwars door Zuid-Limburg, van het Franse Boulogne sur Mer tot het Duitse Keulen, klaar voor het grote publiek. Met een totale financiële impuls van 300.000 euro slaan gemeenten, Provincie en bedrijfsleven de handen ineen om dit vroege staaltje van beschaving letterlijk tot leven te brengen bij bewoners en bezoekers. Door haar unieke verhaal te vertellen, door een aantal hotspots uit te lichten en door alle betrokken partijen, van geïnteresseerde inwoner tot toeristisch ondernemer, deelgenoot te maken van deze geschiedenis.

Zo’n 50 jaar voor het begin van onze jaartelling werd de aanwezigheid van het toenmalig Romeinse Rijk manifest in de regio Zuid-Limburg. Een bloeiende nieuwe economie werd in korte tijd werkelijkheid om de omvangrijke Romeinse gemeenschap te voeden en te laten groeien. Het landschap kenmerkte zich door uitgestrekte landerijen, bosrijke heuvels en vruchtbare oevers met als bebouwing boerderijen (villae rusticae), wachttorens (burgi) en de Via Belgica. Deze verbindingsweg gold als de levensader voor het reilen en zeilen van de Romeinse manier van leven toentertijd.

Om de waarde van deze historie - waarin het fundament is gelegd voor de westerse cultuur - voelbaar te maken voor de huidige en toekomstige generaties, hebben betrokken overheden groen licht gegeven om in 2017 en 2018 een overall plan van aanpak uit te voeren. Verantwoordelijk gedeputeerde Teunissen (Archeologie) licht toe: “Daarin krijgen bewoners en ondernemers nadrukkelijk de gelegenheid om op de een of andere manier betrokken te raken bij het verhaal en de activiteiten. Een voorbeeld hiervan is het plaatsen van infomeubels in Houthem-St. Gerlach, Katakomben en Goudsberg Valkenburg.

“Ik vind het belangrijk dat inwoners iets weten over het gebied waar ze wonen, zeker met zo’n enorm rijke historie”, aldus Teunissen. Daar sluiten ook de deelnemende gemeenten (Heerlen, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Simpelveld, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal) zich bij aan. Het plan kenmerkt zich door samenhang in met name de volgende elementen: het verhaal vertellen van Via Belgica, dat antwoord geeft op vragen als wie zijn die Romeinen, hoe zag het landschap eruit, hoe zag de Romeinse manier van leven eruit; de belangrijkste herkenningspunten uit die periode zoals de wachttorens (bijv. Goudsberg), zichtbaar en toegankelijk maken voor het grote publiek; alle ruimte geven aan verschillende partijen om aan te haken en hun eigen bijdrage te leveren aan het verhaal van Via Belgica, zoals het aanleggen van een grensoverschrijdende fiets- en wandelroute. (bron: provincie Limburg)

- Als in 2002 de laatste bewoonde hamsterburcht in Heer (gemeente Maastricht) wordt gevonden, lijkt het er op of de korenwolf of wilde hamster in Zuid-Limburg voorgoed is uitgestorven. Om dit te voorkomen wordt in datzelfde jaar begonnen met de herintroductie van de wilde hamster via een fokprogramma dat door Das & Boom in 1999 was gestart. Inmiddels gaat het een stuk beter met de korenwolf. Dat de meeste burchten in korenwolfvriendelijke terreinen zijn gevonden, geeft aan hoe belangrijk het speciale korenwolfbeheer is. De verspreiding van de korenwolf is beperkt tot Zuid- en Midden-Limburg, ten zuiden van Roermond. Hij leeft uitsluitend op löss- en leemgronden. Die bieden voldoende stevigheid en een goede ontwatering voor zijn burcht.

Vanaf 2002 zijn er korenwolven uitgezet in Sibbe, Amby, Heer, Sittard-Kollenberg, Koningsbosch, Puth, Wittem, Heerlen en Jabeek. Op dit moment kunnen vier korenwolfleefgebieden worden onderscheiden: Wittem-Bocholtz-Avantis (Mergelland Oost); Amby, Heer en Sibbe (Mergelland West); Sittard-Puth-Jabeek (Landschapspark de Graven); Koningsbosch. De leefgebieden binnen een cluster bestaan uit verschillende blokken met hamstervriendelijk beheer. Binnen deze leefgebieden zijn middels aangepast akkerbeheer stapstenen gecreëerd om uitwisseling van hamsters mogelijk te maken. De ontwikkeling van de populaties verschilt echter sterk per leefgebied. De sleutel tot succes blijkt het specifieke, op de soort toegesneden, agrarische beheer van akkers. Het specifieke hamsterbeheer van een akker bestaat uit het telen van luzerne en granen die slechts gedeeltelijk worden geoogst, waardoor de dekking tot eind oktober aanwezig blijft. Hierdoor kunnen hamstervrouwtjes per jaar meerdere worpen krijgen. Dit is noodzakelijk om de hoge jaarlijkse sterfte als gevolg van predatie voldoende te compenseren. Op reguliere akkers met graan kunnen hamsters nauwelijks één worp jongen groot brengen.

Van 2015 t/m 2017 is een experiment uitgevoerd met graanpercelen die hamstervriendelijk worden beheerd maar waarbij wel een normale oogst mogelijk is. Dit experimenteel beheer is vanaf 2018 onderdeel van een pakket agrarisch natuurbeheer. Alleen op deze manier met aangepast oogsten is een noodzakelijke uitbreiding van het areaal hamstervriendelijke graanpercelen in de nabije toekomst mogelijk. Hoewel het aantal hamsters in Nederland de afgelopen jaren is toegenomen, is de soort niet uit de gevarenzone. Voor een duurzame populatie zijn naar schatting per leefgebiedencluster circa 500 hamsters nodig, een aantal dat tot nu toe slechts in één cluster Zuid-Limburg in 2010 bijna is gehaald. Voor het behoud van de hamster binnen de bestaande clusters is meer geschikt habitat noodzakelijk. (bron en voor nadere informatie zie Compendium voor de Leefomgeving)

"De korenwolf blijkt zeer afhankelijk van graanakkers en luzerne en een goed korenwolfvriendelijk beheer. Het diertje is een favoriete prooi van veel roofdieren. Daarom is het belangrijk dat de vrouwtjes minimaal twee nestjes per jaar krijgen. Daarvoor is het belangrijk dat agrariërs hun graan veel later in de zomer oogsten dan nu gebruikelijk en ook dat het verbouwen van graan wordt gestimuleerd. Op slechts twintig procent van de akkers staat tegenwoordig nog graan, terwijl dat in het verleden vaak meer dan zeventig procent was. Graanakkers zijn behalve goed voor korenwolven, ook heel goed leefgebied voor akkervogels, dagvlinders en zeldzame akkerplanten. Het herintroductie- en onderzoeksproject heeft de korenwolf nog niet definitief kunnen redden, daarvoor zijn onder andere nog te weinig akkers met agrarisch natuurbeheer in Zuid-Limburg aanwezig. Wel is dankzij het project het draagvlak voor agrarisch natuurbeheer sterk toegenomen.

Agrarisch natuurbeheer is tegenwoordig een volwaardig onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering, maar de praktijk is weerbarstig. Complexe en tegenstrijdige regelgeving leidt vaak tot teleurstellende resultaten. Het is van groot belang dat de politiek nu eindelijk kiest voor maatregelen en subsidies die daadwerkelijk de biodiversiteit in het agrarisch gebied ondersteunen. Dat streven past naadloos bij een kringlooplandbouw, het Deltaplan Biodiversiteit en de van ‘boer-tot-bordstrategie (farm-to-fork)’ van de Europese Commissie." Aldus enkele conclusies van bioloog Maurice La Haye (werkzaam bij de Zoogdiervereniging) in zijn promotie-onderzoek 'De hamster (korenwolf) in Nederland. Van plaagdier tot icoon van een soortenrijk agrarisch landschap' (juni 2020).

- Nationaal Landschap Zuid-Limburg is het groene hart tussen de drie stedelijke agglomeraties Maastricht, Sittard-Geleen en Parkstad Limburg. Een gebied wordt uitgeroepen tot Nationaal Landschap wanneer het een unieke combinatie van cultuurhistorische en natuurlijke elementen herbergt. Natuur (flora en fauna), reliëf, grondgebruik en bebouwing vormen een fraai samenspel. Daarmee wordt het verhaal van het landschap verteld. Provinciale Staten van Limburg hebben in 2014 via het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) het belang van het Nationaal Landschap Zuid-Limburg onderschreven. Wonen en werken in een Nationaal Landschap betekent dat je verzekerd bent van een mooie, groene omgeving. Deze landschappelijke kwaliteiten moeten behouden blijven, duurzaam worden beheerd en waar mogelijk versterkt. Het Nationaal Landschap biedt ruimte voor regionale en lokale bedrijvigheid, inclusief grondgebonden landbouwbedrijven, maar met respect voor de omgeving. Grootschalige woningbouw, megastallen en bedrijventerreinen zijn er niet toegestaan.

- De Maas is een indrukwekkende regenrivier en vormt 40 km lang de Belgisch-Nederlandse grens van Maastricht tot Kessenich. Het is een gevarieerd landschap met een wirwar van oude rivierarmen, oeverwallen, stroomgeulen, grindbanken, met aansluitend monumentale historische plaatsen. Dit deel van de rivier met omgeving wordt tegenwoordig toeristisch op de kaart gezet onder de naam RivierPark Maasvallei.

- "Met het programma 'Water in Balans' geeft Waterschap Limburg voorrang aan het aanpakken van wateroverlast door het veranderende klimaat. Boeren en natuurbeheerders in Zuid-Limburg is gevraagd op hun percelen circa 10 millimeter regenwater per vierkante meter extra te bufferen. De kernvraag daarbij is welke praktische maatregelen makkelijk en zonder extra (hoge) kosten toepasbaar zijn op een boerenbedrijf om meer water in de percelen te infiltreren. Voor gemeenten, provincie, de inwoners en het waterschap zelf zijn eveneens diverse doelstellingen geformuleerd. Door gerichte maatregelen te bedenken, beoogt het waterschap wateroverlast te verminderen. De maatregelen worden gezocht in het buitengebied, bebouwd gebied, het watersysteem en in maatregelen voor schadebeperking aan woningen. De diverse praktijkproeven die zijn gestart in de landbouw zijn hoopgevend. Onder begeleiding van Wageningen University & Research vinden op 6 satellietbedrijven praktijkproeven plaats. Dit gebeurt vanuit proefboerderij Wijnandsrade en in samenwerking met adviseurs. Het betreft twee akkerbouwers, twee melkveehouders, een fruitteler en een biologische agrariër.

De melkveehouders onderzoeken hoe grasland beter kan worden beheerd om het waterbergend vermogen te verhogen en doen ervaring op met een niet-kerende grondbewerking in de maisteelt. De biologische veehouder teelde in plaats van mais wintertarwe in combinatie met erwten, om deze vervolgens met behulp van gps te oogsten. Ook is het effect van brede banden met lage druk versus dunne banden met hoge druk in de teelt van suikerbieten onderzocht. Naast deze proeven op gewasniveau is in Thull met boeren gezocht naar mogelijkheden om via een gezamenlijke, knelpuntgerichte aanpak wateroverlastproblemen te voorkomen. Een van de zes projecten is het poten van aardappelen met en zonder drempeltjes tussen de ruggen. Dit project is in 2019 uitgevoerd op een hellend perceel in Bocholtz. Daarbij zijn de aardappelruggen, met de inzet van gitterrollen, rul aangelegd. Na en tijdens een forse regenbui stroomde aantoonbaar minder water van de akkers af bij delen met drempeltjes tussen de ruggen. Bij de rulle ruggen dringt ook meer water de grond in. In droge tijden profiteren de aardappelplanten daarvan. Het resulteerde in een 3 tot 4% hogere netto-opbrengst. Werken met rullere aardappelruggen leidde tot de hoogste netto-opbrengst. Deze was 7 tot 9% hoger dan die van de aardappelen uit de afgestreken ruggen zonder drempels." (bron: Waterschap Limburg, maart 2020)

- "Op 7 augustus 2019 vond Lisette Kolfschoten een groefbijtje in een bloemrijke weide met veel grasklokjes in Zuid-Limburg, tijdens een zomerkamp van de JNM - Jongeren in de Natuur. In eerste instantie was niet duidelijk om welke soort het ging, maar nader onderzoek wees uit dat het ging om een vrouwtje van de klokjesgroefbij (Lasioglossum costulatum). De vondst werd als zodanig ingevoerd op Waarneming.nl. Een zeer bijzondere vondst, want na vondsten van eveneens eenzame vrouwtjes in 1879 en 1942 is dit pas het derde uit Nederland bekende exemplaar. In alle drie de gevallen ging het om eenzame vrouwtjes. Zijn dit zwervende dieren uit buitenlandse populaties of is de soort hier inheems? Hoog tijd om nog beter te letten op bijen op bloemen van klokjes!"

- "Na een afwezigheid van 53 jaar is in mei 2020 weer een heidehommel in Zuid-Limburg waargenomen. Deze ernstig bedreigde hommelsoort was tot voor kort alleen nog uit Drenthe bekend. Cor en Ilona Noorman, beide fervente vlinderaars en natuurfotografen, fotografeerden een hommelvrouwtje foeragerend op wondklaver in Groeve Blom te Berg en Terblijt. Dit bleek na invoering op Waarneming.nl verrassend genoeg een heidehommel te zijn. De laatste waarneming van een heidehommel in Limburg was in 1967 op de Wrakelberg. Tot voor kort werd gedacht dat deze ernstig bedreigde hommel alleen nog in Drenthe voorkwam. In 2019 werd de soort echter voor het eerst in 69 jaar weer waargenomen in Overijssel en ook net over de provinciegrens in het Friese deel van het Fochteloërveen. Hopelijk kan de heidehommel profiteren van initiatieven zoals Hommellandschap Geuldal en wordt de soort in de toekomst weer een permanente bewoner van het Heuvelland." (bron en voor nadere informatie zie EIS Kenniscentrum Insecten, 17-6-2020)

Terug naar boven

Overnachten

- Boek hier je B&B e.d. in Zuid-Limburg, met laagsteprijsgarantie!

Terug naar boven

Beeld

- Docuz.nl maakt informatieve digitale documentaires over bijzondere mensen, plaatsen en gebeurtenissen in de regio. Naast de bewegende beelden, is er ook ruimte voor bijzondere nieuwsberichten uit het werkgebied, dat de kernen rond de Grensmaas omvat (van Maasbracht in het N tot Bunde in het Z).

Terug naar boven

Literatuur

- Boeken, wandel- en fietsgidsen over Zuid-Limburg (online te bestellen).

- Op ontdekkingstocht door Zuid-Limburg (2003), reisgids en naslagwerk voor toeristen én streekbewonersis, is het enige boek dat werkelijk álle 250 plaatsen en plaatsjes van deze streek, tot aan het allerkleinste buurtschapje (zoals Voulwames), gedetailleerd beschrijft en afbeeldt. Vrijwel iedere vierkante meter van de streek wordt beschreven. Samensteller is Frank van den Hoven, hoofdredacteur van Plaatsengids.nl, met medewerking van ca. 100 lokale en thematische heemkundigen e.a. specialisten uit de regio. 720 pagina's met evenveel afbeeldingen in kleur. Dit standaardwerk, dat als een van de voorlopers van Plaatsengids.nl kan worden beschouwd en nog altijd een hoge actualiteitswaarde heeft, is inmiddels uitverkocht en alleen incidenteel nog antiquarisch verkrijgbaar (zie de link).

Terug naar boven

Links

- Algemeen: - Zuid-Limburg.nl is het portaal over werken, wonen en leven in deze regio.

- Onderwijs: - MTA (Mondragon Team Academy) Maastricht-Heerlen is een nieuwe vervolgopleiding in Zuid-Limburg, op universitair niveau. Zonder het klassieke opleidingstraject, maar mét een focus op ondernemerschap en persoonlijke ontwikkeling. Het doel? Jongeren helpen om te slagen op de voortdurend veranderende arbeidsmarkt en hun potentieel als toekomstige vernieuwers en leiders optimaal te benutten. “School was voor mij vooral het voldoen aan verwachtingen van anderen in plaats van mijn eigen dromen te volgen.” Ondernemer Lars Rompen uit Heerlen ziet onderwijs duidelijk anders dan hoe het volgens hem nog altijd wordt aangeboden. “Ik heb vanaf mijn eigen school- en studietijd nagedacht over hoe het onderwijs anders zou kunnen. Een andere manier van leren, ruimte voor ondernemerschap en meer plek voor samenwerking.”

Dat andere onderwijs beoogt Rompen nu vorm te geven. Inspiratie vond hij in het Baskische Mondragon, dat hij leerde kennen via een documentaire op televisie. Vervolgens toog Rompen naar Noord-Spanje en zag met eigen omgeving hoe het onderwijs daar was georganiseerd. “Ik was met een groep Limburgse ondernemers op bezoek bij de Universiteit van Mondragon. De studenten daar kwamen op ons af met visitekaartjes van hun bedrijf. Ze stelden zich voor als ondernemers! Dat had ik nog niet eerder ergens gezien.” Mondragon Team Academy is een onderwijsprogramma waarbij studenten vrijwel op de eerste dag van hun opleiding een eigen bedrijf oprichten. De ontwikkeling van dat bedrijf is tevens hun persoonlijke leertraject. “Ze leren werken in teams, trekken naar andere landen en bouwen een business om een onderwerp waar ze passie voor hebben”, legt Rompen uit. “Het is learning by doing: Ze onderzoeken wat ze nodig hebben voor hun bedrijf, vinden uit hoe ze dit kunnen toepassen en gaan vervolgens écht aan de slag. Bovendien zijn het echte bedrijven. Real companies, real clients.”

Onderweg ontwikkelen de studenten vakinhoudelijke kennis, alsmede persoonlijke competenties. Beoordeling vinden binnen groepen plaats, met feedback van zowel de ‘coaches’ van de verschillende bedrijven als van de collega-studenten. De opleiding is van universitair niveau. Na 4 jaar ontvangen de studenten, als ze slagen, een officieel, Europees geaccrediteerd diploma. MTA Maastricht-Heerlen start in 2019 met het aanbieden van de opleiding vanuit Zuid-Limburg. Tevens biedt MTA ook andere trajecten, zoals de Misfit Academy (voor mensen die binnen het reguliere onderwijssysteem vastlopen in hun ontwikkeling) en de Changemaker Academy (voor professionals die zich willen ontwikkelen op het gebied van innovatie en ondernemerschap).

- Jongeren: - "Agrarisch Jongeren Kontakt AJK Zuid-Limburg - in 2007 ontstaan uit fusie van AJK Mergelland en AJK Heerlen - is een vereniging voor en door jongeren tussen 16 en 35 jaar die werkzaam zijn in de agrarische sector of deze sector een warm hart toedragen. Wij houden ons bezig met de belangenbehartiging van deze jongeren en organiseren door het jaar heen diverse informatieve en gezellige activiteiten. Deze activiteiten vallen uiteen in een zomer- en winterprogramma. In de zomer zijn dit o.a. een veldexcursie en een jaarvergadering. In de winter staan informatieve avonden op de planning, variërend van vakinhoudelijk, financieel tot BHV. Verder zijn er excursies naar agrarische bedrijven."

- Muziek: - De doelstelling van het Euregionaal Jeugd Symfonie Orkest Amikejo is om jonge musici in de leeftijdscategorie van 14-23 jaar, afkomstig uit de Euregio Maas-Rijn, samen te laten musiceren in een volwaardig symfonieorkest op hoog niveau. Maastricht is gezien de centrale ligging de aangewezen uitvalbasis. Ze kunnen putten uit talenten afkomstig uit de steden Heerlen, Sittard-Geleen, Hasselt, Aken en Luik. Het stimuleren van jong talent en ontwikkelen van een goede kweekvijver op het gebied van muzikaal samenspel is de uitdaging. Er wordt projectmatig gewerkt, op basis van uitdagende thema’s die hiervoor speciaal worden geselecteerd. Het orkest vervult een functie in de muziekketen tussen de diverse muziekscholen en privédocenten enerzijds en het landelijke JeugdOrkest Nederland, het Landesjugendorchester Nordrhein Westfalen en de conservatoria anderzijds. Het is gepositioneerd tussen de kleinschalige muziekschoolorkesten en de Philharmonie Zuidnederland.

- Schutterijen: - Schuttersbond St. Gerardus te Amstenrade is een Zuid-Limburgse bond waar ca. 21 schutterijen deel van uitmaken. - Zuid-Limburgse Schutters Federatie (ZLSF). - Rooms Katholieke Zuid-Limburgse Schuttersbond (RKZLSB).

- Zorg en welzijn: - "Al vele decennia kampt Zuid-Limburg met hardnekkige en intergenerationele sociaaleconomische achterstanden t.o.v. de rest van Nederland. De achterstanden manifesteren zich op alle domeinen (arbeidsparticipatie, onderwijs, sociaal kapitaal en gezondheid) en zijn al vanaf het allereerste begin zichtbaar. En hoewel we ook in deze regio steeds langer leven en het aantal jaren dat we ons gezond voelen toenemen, zijn de verschillen tussen de sociaaleconomische groepen nauwelijks afgenomen (rapport WRR, 'Van verschil naar potentieel'). Voorstel van de WRR is dan ook om het beleid verder toe te spitsen op thema’s en inwoners waar de meeste (gezondheids)winst te behalen is en daarbij drie prioriteiten aan te brengen: nadruk op aanpak in het begin van de levensloop (in periode vlak voor de zwangerschap tot en met 18e levensjaar); extra aandacht voor degenen met de grootste gezondheidsachterstand (zoals mensen met een lage sociaaleconomische status); keuze voor drie bekende speerpunten die de oorzaak zijn van een groot deel van de ziektelast in Nederland: roken, overgewicht en ongezond eet-en beweegpatroon en problematisch alcoholgebruik. Daarnaast pleit WRR voor verkenning van psychische gezondheid als nieuwe en urgente prioriteit. Binnen deze ontwikkeling richt Kansrijke Start Zuid-Limburg zich op het vergroten van de kansen en het benutten van het potentieel bij de jongste groep inwoners van de regio.

Het is tegen deze achtergrond dat de 18 Zuid-Limburgse gemeenten, de Provincie Limburg, de regionale Jeugdgezondheidszorg en GGD, Geboortezorg Limburg (kraamzorg), het Verloskundig Consortium en de Zuid-Limburgse organisaties voor kinderopvang de intentie hebben uitgesproken met elkaar een Zuid-Limburgse coalitie te vormen die zich zal inzetten voor een kansrijke start van kinderen in de regio. Deze coalitie kan rekenen op de steun van de zorgverzekeraars. In de notitie 'Kansrijke start Zuid-Limburg. Actieprogramma voor een gezonde start in het leven van kinderen in deze regio voor de periode 2019-2021' werken de coalitiepartners hun onderlinge samenwerking uit voor de periode 2019- 2021 en komen zij tot voorstellen die erop gericht zijn kinderen in deze regio een kansrijke start te bieden." Op 30 januari 2019 hebben de samenwerkingspartners hun handtekening gezet onder dit actieprogramma.

- Wonen: - "Woonpunt voorziet al een eeuw in betaalbare huisvesting. Daar ligt de reden van oprichting, de basis van ons bestaan en de primaire opgave voor de toekomst. Woonpunt biedt betaalbaar en prettig wonen aan middels ruim 18.000 woningen in Zuid-Limburg en is daarmee de grootste sociale huisvester in deze regio. In de afgelopen honderd jaar hebben we tienduizenden mensen aan een woning geholpen. Duizenden woningen gebouwd en opgeknapt. Oude huizen gerenoveerd of soms gesloopt. We zijn altijd bezig onze straten en buurten leefbaar te houden. Samen met bewoners en anderen. Ons werk is in al die tijd eigenlijk niet zo heel veel veranderd.

Woonpunt is in 2000 ontstaan door de fusie van twee Maastrichtse corporaties: Beter Wonen en St. Mathias. Later kwamen daar Beter Wonen Geleen en de Heerlense woningcorporaties De Volkswoning en Woningstichting Hoensbroeck bij. Bij elkaar is dat meer dan een eeuw aan ervaring in volkshuisvesting. Die lokale geschiedenis zie je terug in onze woningen: van de mijnwerkerskolonies in Heerlen tot de woningen voor de arbeiders in de Maastrichtse industrie. In 2008 is Woonpunt gefuseerd met Woningstichting Geuldal (Wijlre). Tussen 1999 en 2014 heeft Woonpunt fors geïnvesteerd in de vernieuwing van wijken in Maastricht en Heerlen. We hebben woningen gesloopt, nieuw gebouwd, gerenoveerd en opgeknapt. Een forse en kostbare klus. Maar ook een waar me met trots op terugkijken."

- Economie: - 2013-2017 (LED): sterker uit de crisis. In 2012 is in Koers voor Limburg de gezamenlijke ambitie geformuleerd om het tij van de economische crisis en de demografische krimp te keren. Dat leidt in 2013 tot de oprichting van Limburg Economic Development (LED), een breed samengestelde triple helix organisatie om de Brainportagenda voor Zuid-Limburg te realiseren. Versterken kenniseconomie, door-ontwikkelen krachtsectoren en stimuleren kansrijke projecten. In de afgelopen jaren hebben de samenwerkende partijen via LED een bijdrage geleverd aan de structuurversterking van de Zuid-Limburgse economie. Ruim 90 samenwerkingsprojecten zijn ondersteund, economische speerpunten zijn geformuleerd en de regio is op de kaart gezet. Nu de (wereld)economie is hersteld staat de regio er substantieel beter voor. Van hekkensluiter naar economische koploper.

De volgende uitdaging is het toekomstbestendig maken van de regionale economie: de arbeidsmarkt, de innovatie van het MKB en de grensoverschrijdende mogelijkheden vragen ook de komende jaren om onverminderde economische samenwerking. LED heeft veel bereikt de afgelopen jaren, maar in toenemende mate kwam de vraag aan de orde of LED wel het adequate vehikel was voor de komende periode. De afstand tussen de organisatie en de partners was te groot en het draagvlak kalfde af. Vandaar dat de gemeenten Heerlen, Maastricht en Sittard-Geleen eind 2017 hebben besloten om te gaan bouwen aan een nieuwe fase van de economische samenwerking in Zuid-Limburg:

2018-2021 (ESZL): Toekomstbestendige economie. Economische Samenwerking Zuid-Limburg (ESZL) bouwt inhoudelijk voort op het fundament van LED, maar is organisatorisch geheel anders ingericht. De organisatie is slanker en het inhoudelijke werk wordt door en vanuit Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen gecoördineerd. Hierdoor ontstaat een samenwerking die nauw verweven is met bestaande organisaties. Meer dan voorheen is ook de provincie betrokken bij de nieuwe samenwerkingsvorm. De gemeenten (ook de middelgrote en kleinere) krijgen meer grip op de organisatie, maar het triple helix karakter van de samenwerking blijft nadrukkelijk gehandhaafd.

In het bestuur, de opvolger van het Kernteam, en in een ‘strategic board’, komen naast de overheid ook vertegenwoordigers van onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven. Inhoudelijk zijn er 3 pijlers, gebaseerd op de focusgebieden Arbeidsmarkt & Onderwijs, MKB en Economie & Vestigingsklimaat. De coördinatie van arbeidsmarkt en onderwijs ligt bij Heerlen, Sittard-Geleen coördineert economie en vestigingsklimaat en Maastricht het MKB. De ambitie is om de economie toekomstbesteding te maken zodat Zuid-Limburg een van de aantrekkelijkste regio’s in Europa is om in te leven en te werken.

- CAR e.V. staat voor:Competence Center Automotive regio Aken/Euregio Maas-Rijn. Doel van de organisatie is de reputatie van de (eu)regio als competentiecentrum voor de automotive zowel regionaal, bovenregionaal als internationaal te versterken. Car e.V. is in 2001 ontstaan, als initiatief van de toenmalige burgemeester van Aken, Continental AG en de Aachen werkgeversvereniging VUV. Vandaag de dag zijn al zo’n 50 bedrijven en onderzoeksinstituten van RWTH en Fraunhofer lid van Car e.V. Dat aantal groeit nog steeds. Inmiddels hebben zich ook al diverse bedrijven uit Zuid-Limburg aangesloten, zoals AFTC, Intertek en MTB.

- Circulariteit: - "Door de Circular Hub transformeert Limburg naar een circulaire samenleving, met chemisch industrieterrein Chemelot en de bijbehorende Brightlands onderzoek- en ontwikkelcampus als kloppend hart. Limburg zal het eerste Europese circulaire knooppunt zijn waar inwoners, MKB en industrie zorgvuldig omgaan met grondstoffen, met energiebronnen en met de omgeving waarin zij ondernemen, werken, wonen en recreëren. Gemotiveerd door het Interbestuurlijke Programma (IBP) van het Rijk, Provincies en gemeenten, heeft een brede alliantie van bedrijven, kennisinstellingen en overheden het eerste half jaar van 2020 nagedacht over hun ambities. Dat heeft in juni 2020 geleid tot de kersverse Ontwikkelagenda Circular Hub. Op 18 juni 2020 vond in een videoconferentie de interactieve presentatie plaats aan een delegatie van rijksambtenaren als onderdeel van het Interbestuurlijke Programma (IBP) Proeftuin Zuid-Limburg.

Kansen. Voor inwoners leidt de Circular Hub tot een CO2-vrije woon- en leefomgeving, waar afval de grondstof is voor nieuwe producten. Ondernemers en industrie kunnen economische groei realiseren. De komst van nieuwe bedrijven en nieuwe inwoners biedt kansen voor stadscentra en woonwijken. Nieuwe banen in de circulaire economie zullen jongeren verleiden om in Limburg hun toekomst op te bouwen, waar zij een leven lang kunnen leren op MBO, HBO en WO niveau. Dat is de ambitie die is neergelegd in de Ontwikkelagenda Circular Hub, opgesteld door een brede alliantie van bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Alliantie. De Ontwikkelagenda Circular Hub is opgesteld door een brede alliantie bestaande uit de gemeente Sittard-Geleen, de Provincie Limburg, Chemelot Industriepark, Brightlands Chemelot campus, DSM, Brightsite, Brightlands Materials Center, AMIBM, Universiteit Maastricht, Zuyd Hogeschool, Vista en CHILL. Het idee voor de Circular Hub is ontstaan nadat het rijk, de samenwerkende provincies (IPO) en samenwerkende gemeenten (VNG) Zuid-Limburg eind 2019 uitnodigden om een van de vier IBP proeftuinen te worden. Het doel van dit Interbestuurlijke Programma (IBP) is om op een vernieuwende manier samen te werken aan de opgave ‘regionale economie als versneller van de nationale economie’.

Combinatie. De partijen hebben in de eerste helft van 2020 gewerkt aan de Ontwikkelagenda Circular Hub met daarin een aantal concrete aanzetten en ideeën voor nieuwe projecten. Zij zien onder andere het innovatieve ecosysteem met de combinatie van wereldspelers op het Chemelot Industriepark - waaronder producenten zoals Sabic, Sekisui, Arlanxeo, OCI, Fibrant, AnQore en DSM - en innovatieve topspelers op de Brightlands Chemelot Campus met de onderzoeksinstituten, onderwijsinstellingen en topfaciliteiten zoals laboratoria en diverse proeffabrieken als de unieke combinatie die nodig is om te komen tot vernieuwing in de chemie. Een in Europa unieke combinatie, aldus de alliantie die ook wijst op de centrale ligging van de Chemelot Regio in het zogenoemde ARRRA-gebied tussen Antwerpen, Rotterdam en het Ruhrgebied, het grootste chemie cluster in de wereld waar veertig procent van de chemische productie in Europa plaatsvindt. Euregio. Transitie naar groene productiemethoden draagt ook bij aan het verdienvermogen van Nederland en sluit aan bij de Groeibrief van minister Wiebes. Regionaal gezien is de realisatie van de Circular Hub goed voor de Euregio. Gerekend wordt op duizenden extra arbeidsplaatsen.

Initiatieven. Binnen de Chemelot regio zijn al de nodige concrete initiatieven ontplooid met de ontwikkeling van nieuwe materialen en op het vlak van recycling. Zo verwerkt Ioniqa gebruikte PET plastic tot nieuwe grondstoffen, wordt er door DSM Niaga al tapijtafval omgewerkt tot grondstoffen voor matrassen, start Sabic met een plastic-recyclefabriek en levert een gloednieuw zonnepark al een deel van de benodigde elektriciteit. Draagvlak. "De transitie naar een Circular Hub vergt grote investeringen en een breed draagvlak van het bedrijfsleven, onderwijs, wetenschap, overheden en burgers", aldus Bert Kip. De ontwikkelagenda overstijgt daarbij de belangen van Limburg. Het is meer een nationale actieagenda, waarvoor draagvlak en deelname nodig is van stakeholders en partners op regionaal, nationaal, Europees en mondiaal niveau. Het is een uitnodiging al deze partijen om met ons mee te doen." (bron en voor nadere informatie zie: Brightlands, juni 2020)

- Genealogie: - De Nederlandse Genealogische Vereniging (NGV) afd. Zuid-Limburg omvat ook de regio Roermond.

Terug naar boven

De Zuid-Limburgse dialecten

In 2003 publiceerde de (in 2005 overleden) Neerlandicus en Zuid-Limburgse heemkundige Jan Notten het onderstaande artikel in het boek "Op ontdekkingstocht door Zuid-Limburg" (zie hierboven bij Literatuur):

"Limburgse dialecten: golvend als het landschap
‘Het Nederlandse buitenland.’ Zo noemen de toeristen het Zuid-Limburgse landschap. Heuvels, dalen, holle wegen, hier en daar een vakwerkhuis, een kasteel en een boerderij. Nergens anders in ons land te zien.

Maar er is meer. Wie met een inwoner in gesprek komt, wordt getroffen door de zangerige spreektoon, de soms vreemde klanken en de nog nooit gehoorde woorden. In Zuid-Limburg zijn veel mensen trouw gebleven aan hun dialect. Maar de vreemdeling die zijn oor te luister legt, onderscheidt niet één Limburgs dialect, maar een groot aantal plaatselijke. Als hij zijn weg vervolgt, hoort hij hoe de klanken en woorden veranderen. Dit artikel beperkt zich tot het zuiden van de provincie Limburg, het toeristenoord bij uitstek in ons land. Waar de dialecten golven als het landschap.

De studie van dialecten
De studie van dialecten is betrekkelijk jong. Pas ruim een eeuw geleden kwamen de taalkundigen tot de bevinding dat de streektalen - niet enkel in Limburg maar ook elders - als gevolg van hun opvallende klankvariaties en hun verrassend rijke woordvoorraad een studie meer dan waard waren. Maar dialectgeschriften bestonden nauwelijks en wie meer wilde weten moest met pen en papier op stap.

De Limburgse dialectstudie is geboren in het Rijnland. Daar ondernamen Duitse pioniers in het laatste kwart van de 19e eeuw de eerste onderzoekingen naar de in hun buurt gesproken Mundarten en Georg Wenker was de grondlegger van wat we nu dialectatlassen noemen. In 1876 stuurde hij een folder rond met veertig zinnen, gevolgd door de vraag deze in het plaatselijk dialect te vertalen. Uit duizenden dorpen kwamen antwoorden binnen en Wenker legde al de verschillen vast in een boekje van welgeteld 16 pagina’s.

Waar een klank of een woord overgaat in een andere, moet men natuurlijk een lijn trekken en zulk een lijn noemt men een isoglosse. In de tijd van Wenker bestond de term nog niet, maar toch trok hij lijnen die de verschillen lieten zien. Een isoglosse (isos = gelijk en glosse = taal) is een lijn die de uiterste geografische punten aangeeft van het verspreidingsgebied van een bepaald taalverschijnsel.

In publicaties uit zijn tijd kan men lezen dat Wenker, geboren in 1854, tot zijn grote verbazing ontdekte dat de door hem getrokken lijnen zich zomaar voortzetten tot voorbij Kerkrade op Nederlands grondgebied en tot Malmedy in België. Voor tegenwoordige taalvorsers is dat niets nieuws meer, want zij weten dat isoglossen zich niets aantrekken van landsgrenzen. Isoglossen waren er al eeuwen vóórdat de mens die grenzen op de kaart zette. Maar niemand had er ooit aandacht aan geschonken.

Het centrum Keulen
Tegenwoordig zijn alle isoglossen in Zuid-Limburg op kaarten ingetekend. Zo kan men zien waar de mensen krevat zeggen en waar bind of sjlieps (das). Waar ze tsiedónk zeggen of gezèt als de krant in de bus valt en waar men wieëdsjaf zegt of café. En nu een moeilijker voorbeeld: waar men paerd zegt of paeëd (paard).

Wie inzicht wil krijgen in de dialectatlas van Zuid-Limburg, moet zich de stad Keulen voorstellen als het middelpunt van een cirkel. De isoglossen in onze regio lopen allemaal als concentrische cirkels om die stad heen en de vergelijking met kringen in het water, die ontstaan wanneer men er een steen in gooit, dringt zich op. Keulen is al sinds de Romeinse Tijd een centrum van kunst en cultuur, wetenschap en religie, handel en verkeer. En dit soort van metropolen vertoont een grote ‘talige expansie’: het in die stad gesproken dialect dringt door tot ver in de omtrek. Amsterdam, Parijs, Londen en Milaan zijn andere grote Europese steden die dit bewijzen. De omringende kleinere dorpen nemen het dialect van de grote stad over. En zo vertonen de dialecten van Zuid-Limburg vele Rijnlandse (Keulse) kenmerken. De dialecten die het dichtst bij Keulen liggen (voorbeelden: Kerkrade, Simpelveld, Vaals) zelfs zoveel dat ze voor de andere dialectsprekenden moeilijk verstaanbaar zijn.

De tegenpool Luik
Zoals het Rijnland - met Keulen als centrum - vanuit het oosten de Zuid-Limburgse dialecten heeft beïnvloed, zo deed het Franstalig gebied rondom Luik dat vanuit het westen. En zo komt het dat het Maastrichtse dialect zo ‘Frans’ aandoet: appetiet, kómpassie, kalebas, sjapiter, zjustemint, gezèt, avvensere en een massa andere woorden zorgen daarvoor. Zuid-Limburg was al in de Middeleeuwen een soort bufferstaat tussen twee machtige taalgebieden: het Germaanse aan de oostzijde en het Romaanse aan de westkant. En na eeuwen is dat nog steeds zo: Rijnlandse (Duitse) woorden en klanken klinken in Kerkrade en Franstalige in Maastricht.

De Benrather lijn
De belangrijkste isoglosse is de zogenoemde Benrather lijn, ook wel Benrather Linie genoemd. Ze doorsnijdt heel Duitsland van oost (Polen) naar west. Bij Benrath overschrijdt ze de Rijn - vandaar de naam - en dan buigt ze naar het zuiden. Vervolgens passeert ze de grens met Nederland en loopt zuidwaarts tussen Schaesberg en Eygelshoven door, gaat dan tussen Kerkrade en Vaals door en tenslotte bereikt ze in de buurt van Malmedy de Franse taalgrens.
Plaatsen die oostelijk van deze lijn liggen - zie de kaart - vertonen dientengevolge vele Rijnlandse kenmerken en in de oren van andere Limburgers klinken die dialecten fors ‘Duits’. Voorbeelden: jaad (tuin), durch (door), tsóg (trein), vunf (vijf), wiets (grap), anzug (kostuum), kreeg (oorlog) en vele, vele andere.
Maar ook wat klanken betreft, is de lijn onderscheidend:
k wordt ch aan het woordeinde: daak-daach, look-laoch, book-bóch, sjpraeke-sjpraeche en vele andere woorden;
t wordt s aan het woordeinde: aete-aese, laote-losse, sjtraot-sjtraos;
en t wordt ts aan het begin: tand-tsank, twieë-tswai, tèlle-tsèlle.
Dit drietal voorbeelden is slechts een greep uit een groot aantal. Maar dit artikel zou uit zijn voegen raken, als de rij langer zou worden.

Binnendringers
Maar de Benrather lijn vertoont gaten. Vele woorden en klanken - zo constateert de onderzoeker - slippen er doorheen en dringen dus Zuid-Limburg binnen. De ene verder dan de andere. Zo hoort men het werkwoord mache tot in Simpelveld, en sage dringt nog verder door: tot voorbij Mechelen, Eys en Heerlen (zie kaartje). Al die woorden van Rijnlandse oorsprong vinden ergens in Limburg hun einde en worden vervangen door een ander woord. De taalhistoricus trekt daar een lijn op de kaart: alweer een isoglosse. Ze lopen allemaal van noord naar zuid, als een cirkel om Keulen heen.
Woorden als paeëd, wöad, doosj, daesje, koosj hoort men in Zuid-Limburg tot in Partij en Gulpen (en soms in Wijlre). De wegval van de r in deze woorden is typerend voor het ‘Rijnlands’. Maar wie dan verder naar het westen wandelt, naar Etenaken en Strucht, hoort de woorden paerd, woord en doorsj, daersje, koorsj. Met een r dus.
Nog een opvallend Rijnlands woord is het lidwoord d’r. Men spreekt in oostelijk Zuid-Limburg van d’r pap, d’r Pierre, d’r vogel, d’r daag, d’r jóng en d’r appel. Dat d’r dringt ver door naar het westen: tot Schin op Geul, maar niet tot Valkenburg (daar zegt men pap, Pierre, vogel enzovoorts). Wel zuidelijk tot plaatsen zoals Slenaken, Reijmerstok, Mheer en Banholt. Maar niet tot Gronsveld.

Het slagveld Zuid-Limburg
Het heeft iets weg van aanstormende soldaten - Rijnlandse en Franstalige - die in Zuid-Limburg op elkaar botsen. En zo ziet de streek er uit als een merkwaardig slagveld. Het meest alarmerend is wel, dat de twee legers op hun beurt worden aangevallen door de overheersende Nederlandse taal. Rijnlandse woorden worden teruggedrongen naar het oosten. Hoorde men vroeger het woord vunf (vijf) nog tot in Wijlre, nu nog slechts tot in Gulpen. De dialectvorser luistert ernaar en verschuift de betreffende isoglosse iets naar het oosten. Dèks en ummer ziet hij ‘sneuvelen’ en vervangen worden door vaak en steeds. En dat is veel erger. “Die twee worden verhollandst”, denkt hij. Zal hij dèks en ummer nu maar wegvegen?
Maar dat die dialecten binnenkort volledig zullen worden opgeslokt door het allesverzengende Nederlands, neen, daar gelooft hij niets van."

Reacties

(2)

Kan iemand mij vertellen waar het plaatsje of gehuchtje Ruppe of Rüppe ligt in Zuid-Limburg?

Rond 2000 heb ik voor mijn boek over Zuid-Limburg, dat rechtsboven op deze pagina staat afgebeeld, in samenwerking met lokale ingewijden al zo'n beetje iedere m2 van deze streek uitgekamd, en ben deze naam daarbij niet tegengekomen. De afgelopen maanden hebben wij, in het kader van deze site, met gedetailleerde kaarten de streek wederom uitgekamd, en zijn deze naam ook weer niet tegengekomen. We kunnen dus vrij zeker stellen dat deze naam nu niet meer bestaat. Vermoedelijk heeft u een oud archiefstuk waar deze naam in voorkomt? Heeft u daar het jaartal van? Ik hoop dat er iemand reageert die het wel iets zegt en die u verder kan helpen. Mocht dat het geval zijn, dan laat ik u dat weten.

Reactie toevoegen