Dorpen zonder formele bebouwde kom

Vierakker plaatsnaambord (Kopie).jpg

Vierakker is een dorp in de provincie Gelderland, in de streek Achterhoek, gemeente Bronckhorst.

Vierakker is een dorp in de provincie Gelderland, in de streek Achterhoek, gemeente Bronckhorst.

Door de jaren heen ´promoveert´ e. en buurtschap vaak tot dorp door de bouw van een kerk. Vaak ontstaat er rond de kerk vervolgens een zekere mate van kern. Zo´n kern heet formeel een ´bebouwde kom´ en wordt dan aangegeven met blauwe plaatsnaamborden, formeel komborden genaamd. Dit in tegenstelling tot buurtschappen met alleen verspreide bebouwing in het buitengebied, die doorgaans niet als ´bebouwde kom´ worden gekwalificeerd en daarom witte plaatsnaamborden hebben.

Zoals vaak zijn ook hier uitzonderingen op deze regel. Tot heden is ons een handvol dorpen opgevallen - maar er zijn er vast meer - die een zodanig geringe bebouwingsdichtheid hebben dat ze door hun gemeente niet als 'bebouwde kom' zijn benoemd en daarom witte plaatsnaamborden hebben i.p.v. blauwe. Ze hebben gemeen dat het kleine dorpen betreft (met 'een paar honderd' inwoners) met doorgaans verspreide bebouwing in een groot buitengebied en slechts kleine bebouwingsconcentraties.

Een misverstand is overigens dat witte of blauwe borden iets zouden zeggen over de dorpsstatus. Dat is niet zo. Blauwe borden duiden alleen maar een 'bebouwde kom' aan (en betreft doorgaans steden en dorpen, en een zeer beperkt aantal buurtschappen). Witte borden betreffen doorgaans buurtschappen, en dus een zeer beperkt aantal dorpen. Het betreft in ieder geval de dorpen:

- Oosterwijk gem. Vijfheerenlanden (t/m 2018 gem. Leerdam).

- Radewijk gem. Hardenberg.

- Readtsjerk gem. Dantumadiel.

- Vierakker gem. Bronckhorst.

Overigens zijn er geen harde normen voor het bepalen van wat ja of nee een gebied met een 'bebouwde kom' is, anders dan dat er sprake moet zijn van een zekere bebouwingsdichtheid, waar wel richtlijnen voor zijn, maar geen harde regels. Iedere gemeente heeft daar daarom zijn eigen policy in. Buiten een bebouwde kom mag men standaard max. 80 km/uur rijden, tenzij er sprake is van een 60 km/uur zone. Binnen een bebouwde kom mag men standaard max. 50 km/uur rijden (wat sinds enkele jaren niet meer met bebording hoeft te worden aangegeven, maar mag wel, en gebeurt dan vaak ook nog wel), tenzij er sprake is van een 30 km/uur zone (of evt. een 70 km/uur zone voor grotere doorgaande wegen binnen een bebouwde kom).

Soms constateren inwoners dat er door hun dorp vaak te snel gereden wordt. Een van de mogelijkheden is dan het verlagen van de maximumsnelheid in een deel van het dorp van 50 naar 30 km/uur, met een bijbehorende weginrichting, dan wel het instellen van een bebouwde kom voor een deel van het dorp, waar dat nog niet het geval is, waardoor de toegestane max. snelheid dus sowieso wordt verlaagd van 80 dan wel 60 km/uur naar 50 km/uur. Ons is bekend dat dit van de hierboven genoemde dorpen met name heeft gespeeld bij de dorpen Oosterwijk en Readtsjerk, waar de gemeenten in beide gevallen niet te vinden waren voor het instellen van een bebouwde kom.

Waar een gemeente namelijk soms 'tegenaan loopt' is dat in sommige streken in ons land de afspraak geldt dat het wegen- en dijkenonderhoud buiten een bebouwde kom voor rekening komt van het waterschap, en binnen de bebouwde kom voor rekening komt van de gemeente. 'Promoveert' een stuk grondgebied dan tot 'bebouwde kom', dan komt het onderhoud binnen dat gebied vanaf dan dus ook voor rekening van de gemeente. En dat gaat vaak om forse bedragen. Wat voor een gemeente reden kan zijn om dat dan maar niet door te voeren (tenzij er door het waterschap een 'bruidsschat' wordt meegegeven aan de gemeente om het onderhoud voor de toekomst 'af te kopen'). Een suggestie van onze kant, als gulden middenweg, kan zijn om alleen de daadwerkelijk dichtbebouwde delen tot bebouwde kom te benoemen (met blauwe komborden), en de delen daarbuiten buiten de bebouwde kom te laten blijven (met witte plaatsnaamborden), om zo én een snelheidsverlaging voor de kerntjes te bereiken én de kosten voor de gemeente in kwestie beperkt te houden.

Overigens spreken wij in de kop van dit artikel over 'formele bebouwde kom', waarmee wij doelen op een ter plekke met blauwe plaatsnaamborden/komborden aangegeven bebouwde kom in de zin van de Wegenverkeerswet. Ook als ter plekke niet een dergelijke bebouwde kom als zodanig staat aangegeven, kan er in de praktijk toch sprake zijn van een bepaald soort bebouwde kom, omdat daar namelijk meer soorten van zijn, waar de meeste burgers zich niet van bewust zijn. Dat kan van belang zijn in verband met bijvoorbeeld waar men wel of niet mag parkeren, maximumsnelheden, geurnormen en dergelijke. Er kan namelijk ook nog sprake zijn van een bebouwde kom in de zin van de Wegenwet, een bebouwde kom in de zin van de Wabo, en een bebouwde kom in de zin van de APV.

In de APV kan de gemeente voor de bebouwde kom als bedoeld in de APV zelf een grens vaststellen of aansluiten bij een van de wettelijk vastgestelde grenzen. Op grond van de meeste APV’s is de grens van de bebouwde kom onder meer van belang voor de regels met betrekking tot parkeren, hondenpoep en wildplassen. Naast voorgaande wetten is de bebouwde kom onder meer van belang in wetgeving over milieu, gevaarlijke stoffen, monumenten, welstand, bossen en geurhinder. Er kan tot slot ook nog sprake zijn van een bebouwde kom "gezien de feitelijke situatie en de aard van de omgeving", zoals de Raad van State in een uitspraak verwoordde, waarbij zij een Salomonsoordeel moest vellen over het ja of nee bebouwde kom zijn van een bepaald gebied. Alle soorten hiervoor vermelde bebouwde kommen vind je kort toegelicht in het artikel "Waar ligt de grens van de bebouwde kom?", door Dirkzwager advocaten.

Reactie toevoegen