Giessenlanden

Voormalige gemeente
Molenlanden
Alblasserwaard
Zuid-Holland

Giessenlanden

Terug naar boven

Status

- Giessenlanden is een voormalige gemeente in de provincie Zuid-Holland, in grotendeels de streek Alblasserwaard (alleen een deel van het dorpsgebied van Arkel ligt in de Vijfheerenlanden). Het gemeentehuis was te Hoornaar.

- De gemeente Giessenlanden is in 1986 ontstaan uit samenvoeging van de gemeenten Arkel, Giessenburg, Hoogblokland, Hoornaar, Noordeloos en Schelluinen. Tegelijkertijd zijn er door grenscorrecties (kleine) delen aan toegevoegd van de gemeenten Ameide, Heukelum, Kedichem, Langerak, Meerkerk, Nieuwland en Tienhoven.

- De gemeente Giessenlanden is in 2019 opgeheven en opgegaan in de nieuwe gemeente Molenlanden.

- De gemeente Giessenlanden omvatte de dorpen Arkel, Giessen-Oudekerk, Giessenburg, Hoogblokland, Hoornaar, Noordeloos en Schelluinen en de buurtschappen Achterdijk (deels), Bazeldijk (deels), Den Dool, Hoge Giessen, Klein Peursum, Lage Giessen, Minkeloos, Muisbroek, Overslingeland, Peursum (in geografisch opzicht, zie de opmerking hierover onder Giessenburg, Status, 2e alinea), Pinkeveer (of Nederslingeland) en Rietveld. In totaal zijn dit 7 dorpen en 12 buurtschappen.

- Wapen van de voormalige gemeente Giessenlanden.

Terug naar boven

Naam

De naam van de gemeente houdt verband met het feit dat vier van de in deze gemeente gelegen dorpen aan het riviertje de Giessen zijn gelegen.

Terug naar boven

Ligging

De gemeente Giessenlanden lag W en N van de stad Gorinchem.

Terug naar boven

Statistische gegevens

Bij de opheffing van de gemeente Giessenlanden, in 2019, omvat deze ca. 5.800 huizen met ca. 14.500 inwoners.

Terug naar boven

Geschiedenis

Ruwweg liggen de polders rond de Giessen ca. 1 meter beneden N.A.P. Dit is niet altijd zo geweest. Om te kunnen begrijpen hoe deze situatie is ontstaan, moeten we terug tot het eind van de laatste IJstijd. Het bodem- en waterniveau lag toen globaal 10 à 20 meter lager dan nu. Het moet een toendra-achtige vlakte geweest zijn, met kronkelende beken en rivieren, die het water uit de Alpen en hogere delen van Europa naar zee afvoerden. Door de rivieren werd met het water van alles meegevoerd; grind, zand, klei, hout en plantenresten. Dit materiaal vulde de kom tussen de duinen bij de zee en het hogere achterland op en zo ontstond het veen. Door de meegevoerde materialen kwamen de beddingen steeds hoger te liggen. Op de natte plekken ontstonden door zandverstuivingen heuvels. Een moerasachtig geheel mét donken.

Deze donken zijn de verlande rivierbeddingen en zandheuvels van weleer, als hogere en drogere plaatsen. Op de donken vestigden zich zo'n vijf- à zesduizend jaar geleden de eerste bewoners. De strijd tegen het water was daarmee begonnen, want regelmatig overstroomden de zee of de rivieren het land en verdreven ze de mens naar veiliger oorden. Steeds keerden die echter weer terug en omstreeks het jaar 1000 begonnen de ontginningen onder leiding van de Hollandse graven en Utrechtse bisschoppen.

Vanuit de veenriviertjes werden sloten gegraven, opdat het water beter wegvloeide en het land bruikbaarder werd. Op den duur was dat niet voldoende en moesten er dijkjes rond de veenriviertjes worden aangelegd. De bekende Graaf Floris V gaf in het jaar 1277 opdracht deze dijkjes aaneen te sluiten. Toch ontstonden daarna problemen, omdat het veen door ontwatering begon te zakken (de spons droogde op). De komst van de eerste molens rond 1400 bracht daarin verbetering. Hiermee was een ontwikkeling ingezet die tot op de dag van vandaag voortduurt. Eén nadeel bleef: de bodem zakte gestaag en inmiddels is dit tot ca. 1 meter onder de zeespiegel.

Met de ontginners rond het jaar 1000 kwamen steeds meer bewoners naar deze streek. Zij vestigden zich op de donken en langs de veenriviertjes die als ontginningsbasis dienst hadden gedaan. Hier vinden we ook nu nog steeds de dorpen, waarvan die op de donken het oudst zijn. Met name zijn dat Hoogblokland, Hoornaar, Noordeloos, Giessenburg, Giessen-Oudekerk, Arkel enz.

Ondanks alle inspanningen bleef de Alblasserwaard niet gespaard voor overstromingen. In de loop der eeuwen zijn er 33 bekend. In vroeger tijd vluchtten de bewoners met hun vee naar de zolders van de boerderijen. Om dan nog naar buiten te kunnen werd hoog in de gevel een deur aangebracht, van waaruit men in een bootje kon stappen. In vele oude boerderijen is deze deur nog steeds aanwezig, al is er nu wel een trap voor gezet. Hoe hoog het water soms kwam, is te zien op de waterstenen die in sommige gevels zijn aangebracht. Onder meer treft u deze aan in Noordeloos aan de Noordzijde bij de huisnummers 99 en 118. Door de ontginning en de strijd tegen het water is er als het ware een door de mens aangelegd landschap ontstaan. Geen enkel stukje land is hier nog te vinden of het is ooit wel verplaatst of omgekeerd. Het resultaat is een uniek stukje echt Holland. (3370)

Terug naar boven

Giessenlandenlied

(op de wijs van “Oh Waterlooplein”)

Zie ik de Giessen en de Vliet,
Een torenspits in 't ver verschiet,
De Linge, Donk en Bazeldijk,
Dan voel ik me rijk.
De Fokveedag, de Gondelvaart,
Een landschap als een ansichtkaart,
Een linde voor een boerenhuis:
Daar voel ik me thuis.

Refrein
Oh Giessenlanden, mooi Giessenlanden,
Bij warmt'of kou, bij zon of maan,
Jij bent zo'n deel van mijn bestaan,
Hoe zou 't mij zonder jou vergaan,
Mooi Giessenlanden.

Wat zwart-bont vee in gindse wei,
Zo'n stuk natuur maakt me blij,
Een watermolen als decor,
Daar kies ik voor.
De boeren in dit mooi gebied
Schuwden ook de vooruitgang niet.
Het polderland heringedeeld:
Een heel ander beeld.

Refrein

De zeven dorpen werden één,
Al wordt het dan niet als voorheen,
Elk dorp behoudt zijn eigen aard
En dat is veel waard.
Van Arkel tot aan Oud-kerks eind,
De eigen sfeer blijft overeind,
Wel samengaand, maar toch apart in ons Groene Hart.

Refrein

Terug naar boven

Literatuur

- Nieuwe en/of tweedehands boeken over Giessenlanden (online te bestellen).

Reactie toevoegen